Week van het Nederlandse bier: biercultuur baat bij balans

Week van het Nederlandse bier: biercultuur baat bij balans

Zaken die aandacht verdienen, krijgen hun eigen dag. Echt belangrijke dingen verdienen een langdurigere plek op een podium. Daarom is er de Week van het Nederlands bier. In het leven geroepen en onderhouden door vereniging Nederlandse Brouwerijen en CRAFT – onafhankelijke brouwers. De negende editie duurt van 19 tot en met 29 mei. Omdat tijd een rekbaar begrip is. Een gesprek met Lucie Wigboldus, directeur van Nederlandse Brouwers, en een aantal craft brouwers over de Week van het Nederlands bier. Over de voordelen van meer bekendheid en wat kanttekeningen bij de evenredigheid.

 

Een hele week bier uit eigen land in de etalage. Koren op de molen van Beer Dudes, ambassadeur van Nederlands bier. Maar welk doel dient de week? Hebben de eerdere 8 edities resultaten opgeleverd voor Nederlands bier? Waarom is de aandacht nog steeds nodig? Hoe geven brouwers invulling aan de week? Heel veel vragen. Tijd voor wat antwoorden.

 

Lucie Wigboldus is directeur van de vereniging Nederlandse Brouwers. Dat is de overkoepelende organisatie die de belangen behartigt van veertien in Nederland gevestigde bierbrouwerijen. Deze brouwerijen zijn, met alle labels en merken die ze meebrengen, samen goed voor 95% van de bierproductie in Nederland. “In 2020 ging de week helemaal niet door en vorig jaar konden we, ook al door corona, alleen wat online evenementen plannen. We hebben dus erg veel zin in weer een ‘echte’ week van het Nederlands bier.”

 

Met welke gedachte is de week ooit voor het eerst georganiseerd?

“De week begon met de gedachte dat we bier in Nederland meer op de kaart wilden zetten. Bij de consument, maar zeker ook bij stakeholders als bijvoorbeeld de politiek. Iedereen kende wel de Belgische en Duitse biercultuur, maar die van Nederland zelf bleef erg onderbelicht. En dat terwijl we zo’n mooie eigen biercultuur hebben!”

 

Hoe zou je die Nederlandse biercultuur omschrijven?

“Als heel divers. Nederland brouwt een grote hoeveelheid verschillende bierstijlen, ook wat betreft alcoholvrije bieren. Nederlanders zijn ook bereid om te proeven en drinken meer speciaalbier dan eerder. Mensen vinden het ook leuk om nieuwe smaken te proberen en verwachten dus ook meer diversiteit van brouwers.” Nederlanders zijn dus vooral Nederlanders. Net een beetje avontuurlijker dan mensen in veel andere landen.

 

Even terug naar de Week van het Nederlandse bier: waren er duidelijke doelen, voorafgaand aan de eerste editie?

“Jazeker. Het doel van de stichting was – en is – om bier een prominentere plaats te geven. Bij consumenten, maar zeker ook in Den Haag. Daarom werken we ook aan thema’s als duurzaamheid en preventie van alcoholmisbruik. En uiteraard was een belangrijk doel ook om meer mensen geïnteresseerd te maken in bier. In alle varianten en stijlen.”

 

Zijn alle doelen gehaald? Of zijn er nu nieuwe? En wat zijn die nieuwe doelen dan nu?

“We hebben zeker doelen gehaald, al zijn die lastig uit te drukken in cijfers. De vraag naar meer diverse smaken en stijlen bier is de afgelopen jaren gegroeid in Nederland. Mensen zijn ook meer gaan proberen bier te combineren met bijvoorbeeld verschillende gerechten en hapjes. Dat is allemaal winst. Nieuwe doelen willen we niet meteen stellen. Ons belangrijkste doel is om de groei in interesse en consumptie van Nederland bier te bestendigen. Ons doel blijft dus ons doel. Het zou zonde zijn als we onze focus verleggen en het resultaat dat we eerder hebben behaald, minder wordt.”

 

Het is duidelijk wat de Week van het Nederlandse bier en andere initiatieven van – vooral – Nederlandse Brouwers opleveren: meer volume. De grotere interesse van het publiek wordt in euro’s het meest zichtbaar in supermarkten en bij andere grote (online) retailers. Uiteindelijk levert het de 14 brouwerijen die samen 95% van de omzet vertegenwoordigen, ook het meeste op.

 

Kleinere brouwers, kleinere effecten

Maakt dat de Week van het Nederlandse bier dan net zo aantrekkelijke voor kleinere brouwerijen? Voor de makers van ‘echt craft beer’? De meningen zijn verdeeld.

 

Geert Steeghs, sales manager bij Van Moll, brengt wat nuance aan: “We zijn met twee bieren aanwezig op het openingsfestival in Den Haag, maar verder zijn we niet heel erg actief komende week. Van Moll wil iedere dag van het jaar bezig zijn met de verspreiding van ‘het religie’ dat we craft bier vinden. Niet speciaal in een jasje van deze week. Al zijn we natuurlijk blij met de aandacht die we krijgen.”

 

“Alle initiatieven die Nederlands bier promoten, vinden we goed.” Aldus Tsjomme Zijlstra, mede-eigenaar van Kaapse Brouwers uit Rotterdam. “Deze week ook, maar ons publiek wordt er niet veel groter door. Brouwerijen mogen een evenement aanmelden op een site en deelnemen aan het openingsfestival. Verder lijkt het alsof we niet geweldig veel baat hebben bij. Dat deze week toch meer iets is voor de grote brouwerijen met bieren in de supermarkt. We doen nooit actief mee. Maar zoals gezegd, alle publiciteit is voor ons meegenomen.”

 

Geralda en Jurgen Bootsveld van Berghoeve Brouwerij zien, op kleine schaal, een voordeel van de week. “Tijdens de Week van het Nederlandse bier houden wij een open dag tijdens de Open Brouwerijdagen. Iedereen die wil, kan onze brouwerij dan bezoeken. We geven korte rondleidingen, het terras en de winkel zijn open en we lanceren dan zelfs een nieuw bier: Onmeunig Mooi. Mensen zijn enthousiast en bezoeken vaak meerdere brouwerijen op een dag. Dat is toch winst, zeker voor brouwerijen als die van ons, die wat meer afgelegen liggen.”

 

Balans

Aandacht voor het Nederlands bier blijft dus nodig. Om jou, consument of stakeholder, te laten zien welke prachtige producten Nederlandse brouwers maken. Dat onze biercultuur de ondernemende, innovatieve en avontuurlijke spirit van Nederlanders ook echt ondersteunt. Die grotere aandacht leidt tot een groter aanbod in supermarkten en in de horeca, waardoor bier ook weer voor een grotere groep mensen beschikbaar wordt.

 

Geweldig natuurlijk, maar profiteren alle brouwers daar dan evenveel van? Of is het een klassiek geval van the rich are getting richer? Contracten in retail en horeca timmeren die groter wordende markt voor een deel dicht. Dat is hoe de wereld werkt. Als Nederland massaal IPA’s gaat drinken, dan zijn het de grote brouwers die daar de grootste extra omzet mee halen. Niet iemand als Ramses Snoeij, die ruim een kwart eeuw geleden als een van de eersten Nederland enthousiast maakte over deze bierstijl.

 

Het pad van de Nederlandse biercultuur waar we met zijn allen zo trots op zijn, wordt voor een belangrijk deel geplaveid door kleinere, onafhankelijke brouwerijen. Makers van craft. Brouwers die innovatief kunnen zijn zonder te hoeven denken aan dividentuitkering en een marktaandeel. Die brouwerijen maken de bieren die, via de innovators en early adopters onder de consumenten, bij het grotere publiek terecht komen. Daarna worden die nieuwe bierstijlen doorgaans opgepikt door de grotere brouwers. Bij bewezen resultaat.

 

Als de groten steeds groter worden en de 5% die nu over is voor ‘onafhankelijk’ straks misschien wel krimpt tot 3% of nog minder, dan loopt de Nederlandse biercultuur kans op uitholling. Op kaalslag omdat misschien minder brouwers hun nek uitsteken. Een doemscenario misschien, maar wel een dat we – juist – in de Week van het Nederlands bier in ons achterhoofd moeten houden. De Nederlandse biercultuur is een ecosysteem waarin grote en kleine elementen niet zonder elkaar kunnen bestaan. Daar zou de Week van het Nederlands bier dan misschien ook wat nadrukkelijker om mogen draaien.

 

Iedereen zijn eigen week

Iedereen geeft zijn eigen invulling aan de week. Nederlandse Brouwers-directeur Lucie Wigboldus zoekt de sfeer van het Nederlands Bierproeffestival in Den Haag op met een lekker blond bier, terwijl Geralda en Jurgen Bootsveld bezoekers verwelkomen tijdens hun eigen open dag in het Overijsselse Den Ham. Wellicht ga jij ook een paar bieren proeven. Van bijvoorbeeld Heineken, Grolsch of Bavaria uit de supermarkt of in de kroeg. Of ergens van een van de brouwerij die 5% van de omzet, maar ook 95% van het totale aantal vertegenwoordigt. Hoe of wat dan ook: proost. Op de Nederlandse biercultuur!